Waarom leren afsluiten?
Een bijzondere plek op je lijf is je navel. Alle energiebanen komen hier samen. Het is een hele gevoelige plek. Het is ook de plek waar alle energie van anderen binnenkomt. Daar waar er verbinding is tussen mensen en energie. Het is de plek waar je kunt voelen of iets goed voelt of niet. Hoe steviger jij op je voeten staat, hoe zuiverder je interpretatie is. Zonder angst of triggers.
Als je meer gevoelig bent of uit balans bent, komt er veel informatie binnen of kun je slecht uit elkaar houden of iets van jou is of van een ander.
Gevoelige mensen werken als sponzen. Ze zuigen als het ware alle stress, energie, boosheid en energie op, om alles zo luchtig mogelijk te houden. Ze houden namelijk niet van ruzie of stress. Maar als ze deze energie vervolgens niet meer loslaten, kunnen ze er last van hebben.
Signalen kunnen onder meer zijn:
- Een vol gevoel (vol hoofd)
- Buikpijn, hoofdpijn
- Onverklaarbare woede-uitbarstingen
- Zomaar ineens heel verdrietig zijn, zonder dat iemand weer waarom
- Snel moe zijn of weinig energie hebben
- Soms niet weten wat iemand wil of voelt
Hoe eerder je deze overtollige energie kan laten gaan, hoe eerder jij je weer beter zult voelen.
Wanneer is deze oefening handig?
- Als je energie die niet van jou is makkelijker wilt kunnen loslaten
- Als je goed voor je eigen energie wilt kunnen zorgen
- Als je prikkels wilt leren buitenhouden, zodat deze je minder raken
- Als je een beschermlaagje wilt kunnen aanleggen
- Als je wilt leren herkennen welke emotie van jou is en welke van de ander
Jouw jampotje dichtdraaien
Op het moment dat je iets spannends of nieuws moet doen, is deze oefening heel fijn. Of wanneer het druk is en je extra veel prikkels binnenkrijgt. De oefening helpt je om jezelf te beschermen.
- Zet denkbeeldig een deksel op je navel, tegen je buik aan
- Draai vervolgens als het ware het dekseltje dicht.
Het is voor iedereen anders welke kant je op moet draaien om het te sluiten. Voel dus goed hoe dat voor jou is. Dat kan je doen door je ogen dicht te doen en je de concentreren. Probeer te voelen of de deksel open of dichts wordt gedraaid.
Dit kan per moment verschillen, dus leer je kind aan om elke keer opnieuw de oefening goed te voelen. De beste vraagt die je je kind kunt stellen , is of het voelt of zijn buik ‘op slot’ gaat (de buik trekt een beetje in) of dat er ruimte is. In deze situatie wil je dat er minder ruimte is. San is er namelijk alleen ruimte voor je kind zelf, en niet voor een ander.
Check regelmatig of het dekseltje van je kind goed is dichtgedraaid en niet meer opengaat. Anders zal er juist nog meer ruis van buitenaf binnenkomen.
Door het draaien zorg je ervoor dat je kind beschermd is, dat het meer bij zichzelf kan blijven, dat het zich sterker voelt en dat de energie/de gevoelens van anderen minderen binnenkomen. Hierdoor houdt je kind energie en zelfvertrouwen, waardoor het ook die ‘spannende en nieuwe dingen’ of drukte makkelijker kan aangaan.